Van New York tot Jeruzalem en van Moskou tot Bangkok en Nijkerk. Wereldwijd bestaat de traditie om Chanoeka openbaar te vieren. Sinds drie jaar kennen we dit gebruik ook in Rotterdam. Wat mij betreft staan we aan het begin van een jarenlange traditie om tijdens Chanoeka op het Schouwburgplein gezamenlijk de menora, de achtarmige kandelaar, aan te steken. Dit jaar weer meer mensen dan vorig jaar, reeds honderden!
Met mensen uit de Joodse gemeenschap, maar ook mensen van daarbuiten. De openbare viering van Chanoeka geeft ook andere Rotterdammers de kans om kennis te maken met het Joodse feest van het licht. De Joodse gemeenschap krijgt op deze manier meer gezicht in Rotterdam. Dat is belangrijk.
Rotterdam is een veelkleurige stad. Door de eeuwen heen is Rotterdam altijd een smeltkroes geweest. Mensen uit allerlei delen van Nederland, Europa en de wereld kwamen naar Rotterdam om hier een bestaan op te bouwen. Met 174 nationaliteiten en een groot aantal religies is Rotterdam nu een van de meest veelzijdige steden van Nederland. Die veelheid aan gemeenschappen met elk hun eigen gebruiken vind ik een groot goed. Natuurlijk hebben we hier in Rotterdam een imposante haven, een prachtige skyline en de modernste architectuur. Maar we hebben vooral een heel divers samengestelde bevolking met eigen identiteiten, religieuze overtuigingen en culturele achtergronden.
Dit houdt voor ons allen elke dag in dat we respect moeten hebben voor elkaar en elkaar de ruimte moeten geven om de eigen identiteit te kunnen laten zien. Het is mooi als dit ook in de openbaarheid gebeurt. Samen met de Hindoeistische Rotterdammers vieren we elk jaar het Holifeest met een optocht in het centrum, tijdens de Ramadan genieten we van een gezamenlijke Iftar-maaltijd en sinds drie jaar steken Joodse en niet-Joodse Rotterdammers gezamenlijk de menora aan. Door gezamenlijk te vieren, leren we elkaar kennen en waarderen. En we ontdekken dat we veel gemeen hebben met elkaar.
Het licht speelt in veel religies een belangrijke rol. Ook het christelijke kerstfeest kenmerkt zich door de aanwezigheid van licht. Afgelopen dinsdag heeft mijn collega, wethouder De Jonge, in Noorwegen een enorme kerstboom opgehaald die naast het stadhuis op de Coolsingel komt te staan. Daar zullen we daags voor kerst gezamenlijk de lichtjes in aansteken.
Licht is een sterk symbool. Licht is warm en levenwekkend. Het staat voor liefde, barmhartigheid, gerechtigheid en goedheid. Martin Luther King sprak eens de mooie woorden: “Darkness cannot drive out darkness; only light can do that. Hate cannot drive out hate; only love can do that.” Deze kandelaar – waar we zo meteen een kaarsje in zullen aansteken – symboliseert de overwinning van het spirituele op het materiële. De Joodse viering van het licht staat voor de continue strijd voor spirituele vrijheid. Een strijd die nog steeds helaas op vele plekken moet worden gestreden omdat spirituele vrijheid niet overal vanzelfsprekend is. Het chanoeka-wonder illustreert hoe een kleine hoeveelheid licht grote duisternis kan overwinnen.
Het licht verdrijft het donker en zorgt dat we elkaar kunnen zien. Het licht doet een appel op een ieder van ons om niet weg te kruipen in het donker, in onze eigen wereld. Maar om in veelkleurigheid met elkaar samen te leven in vrijheid. En met respect voor elkaar.
Rest mij u dit nog te zeggen…
Shalom, Chaq Chanoeka Sameach!