Blonde Arie en Slome Japie. Sinds een half jaar wonen ze op Katendrecht en ze zijn inmiddels wereldberoemd in de hele wijk. Het zijn twee Bonte Bentheimer varkens die op een braakliggend terreintje bivakkeren. De buurt zorgt voor het tweetal. En als ze lekker dik en mooi rond zijn – ergens in november – worden ze geslacht en gezamenlijk opgegeten. Tenminste, dat is het plan. Inmiddels blijken diverse bewoners zo gehecht aan de dieren dat ze een handtekeningenactie zijn gestart om Arie en Japie te redden. En zo ziet u maar, zelfs varkens kunnen voor hele nieuwe verbindingen dan wel tegenstellingen in de buurt zorgen. Maar nog belangrijker: initiatieven van Rotterdammers zijn constant aan verandering onderhevig.
In Rotterdam struikel je haast over de bewonersinitiatieven. U zou eens moeten gaan eten bij Hotspot Hutstpot, een eethuisje in Lombardijen. Er zit er ook eentje in Schiebroek. Het keukenpersoneel en de bediening bestaat voornamelijk uit jongeren uit deze beide wijken. Ze koken met ingrediënten uit eigen tuin een driegangen menu voor zeven euro. Het is een initiatief van bewoners, ondersteund door woningcorporatie Havensteder die een leegstaande winkel beschikbaar stelde. De tuin was een braakliggend terrein en is nu verworden tot een multiculturele moestuin. En het einde is nog lang niet in zicht.
Dat Rotterdammers creatief zijn in het gebruik van social media en crowdfunding blijkt bijvoorbeeld uit Kaap Belvedère. Een pand in bezit van de gemeente en de woningbouwcorporatie Woonstad dat gesloopt zou worden. Kunstenaars die voor de uitvoering van hun project de Zuiderlingen tijdelijk daarin waren gehuisvest raakten verliefd op de plek en belangrijker verbonden met de mensen rondom dat pand en hun verhalen. Niet alleen is het pand gerenoveerd met hulp van obligaties van particulieren, maar inmiddels is het Verhalenhuis een interactieve ontmoetingsplek geworden.
Voor wie van u een persoonlijke landmark in Rotterdam wilt achterlaten, is er nog de mogelijkheid voor 25 euro een plank met uw naam te kopen op www.luchtsingel.org.
Op de Müllerpier hadden bewoners genoeg van de kale zandvlakte voor hun deur en toverden hem om in een pluk- en ontdekkingstuin, de ‘Tuin aan de Maas’. Tot er weer gebouwd gaat worden, hebben de omwonenden de grond in bruikleen. Dit soort tijdelijke tuintjes zie je trouwens her en der in de stad. Het is niet alleen een lust voor het oog maar ook heel belangrijk voor de binding van buurtbewoners. Als het aan de bewoners ligt, blijft het zo, terwijl de gemeente hoopt op woningbouw. Dergelijke spanning is voor u dagelijkse kost.
Bewoners zitten vol ideeën. Als geen ander weten ze wat goed is voor hun stad, wijk of straat. De uitdaging is om hier als gemeentebestuur op aan te sluiten en belangen tegen elkaar af te wegen. En die opgave is niet makkelijk. De grootste veranderopgave voor de gemeente Rotterdam is te transformeren van een grote, sterke, sturende overheid in een organisatie die kleiner en flexibeler is en die beter en sneller kan inspelen op de behoeften in de stad. We zijn flink aan het afslanken en geven onze medewerkers mee dat ze minder moeten denken vanuit regels en geldstromen, maar meer vanuit betrokkenheid en vertrouwen. Letterlijk naast Rotterdammers, zij aan zij, aan het werk.
Het gaat om Rotterdammergericht werken. Essentieel is het woord Rotterdammer, de mens. Rotterdam kent in zijn recente historie een grote nadruk op fysieke herstructurering en (wederop)bouw. De talloze bewonersinitiatieven laten zien dat het altijd begint in het sociale, verbinding tussen mensen en dat het fysieke daarop volgt. Daar ligt dan ook de sleutel voor de effectiviteit van de veranderende gemeentelijke organisatie: de verbinding tussen het sociale en het fysieke.
In Rotterdam hebben we een grote groep actieve burgers die graag zelf de handen uit de mouwen steekt. Dit zijn allang niet meer de oudere, witte en hoger opgeleide heren. Mooi om te zien is dat in veel bewonersinitiatieven juist vrouwen, nieuwe Nederlanders en mensen met een laag inkomen of lage opleiding actief zijn. In goede en in slechte buurten en in alle lagen van de bevolking zetten Rotterdammers zich in. Burgerkracht zit overal. Maar het komt alleen tot bloei als er sprake is van een goed samenspel van betrokken bewoners, een betrouwbare overheid en inlevende professionals.
Nieuwe verbindingen in de buurt worden overal gelegd. Het is aan ons – de professionals – deze ontwikkelingen niet te frustreren met onze goede bedoelingen, regeltjes of omdat we het denken beter te weten. Laten we een stap terug doen, burgers de ruimte geven en hen helpen als dat nodig is.
Een laatste hartekreet van mijn kant. Burgerkacht is er niet omdat overheden aan het bezuinigen zijn. Burgerkracht is van mensen zelf. Onze samenleving verandert snel. Aan de ene kant zijn we wereldburgers die met een click van de muis onze bestelling doen in een ander land en via Internet en satellieten letterlijk de werled in de huiskamer hebben. Aan de andere kant is er een opleving van de behoefte tot lokale binding. Daarin schuilt nieuwe kracht voor burgerkracht. Ik hoop dan ook dat u met mij deze boodschap wilt uitdragen.
En of Blonde Arie en Slome Japie op een bordje belanden óf nog lang en gelukkig verder wroeten? Dat hoort u zo meteen wellicht tijdens de stadsafari.